Wetsvoorstel Wet verandering koppeling AOW-leeftijd ingediend bij Tweede Kamer

Op 7 juli heeft minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het wetsvoorstel Wet verandering koppeling AOW-leeftijd ingediend bij de Tweede Kamer.
In het pensioenakkoord hebben de sociale partners en het kabinet afgesproken dat het tempo waarmee de AOW- en pensioenrichtleeftijd stijgen, gematigd wordt. Eerder is in dat kader de Wet temporisering verhoging AOW-leeftijd ingediend en ingevoerd Deze wet regelt een minder snelle stijging van de AOW-leeftijd tot 67 jaar in 2024. Reden hiervoor is dat veel oudere werknemers aangeven dat zij zich overvallen voelen door de verhoging van de AOW-leeftijd. Daarbij maken zij zich ernstig zorgen of ze het werk wel vol kunnen houden. Om die reden stijgt de AOW-leeftijd op korte termijn minder snel. 
Met de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd (Wet VAP) is in 2012 de AOW-leeftijd geleidelijk verhoogd. Door de koppeling van de AOW-leeftijd aan de levensverwachting zoals vastgelegd in de wet VAP, wordt elk extra jaar aan levensverwachting volledig vertaald in een hogere AOW-leeftijd. De toename aan levensverwachting wordt volledig omgezet in een verlenging van de arbeidsloopbaan.
Dit wordt niet als eerlijk ervaren en aan dat gevoel komt het kabinet nu tegemoet. In het pensioenakkoord is afgesproken dat de ontwikkeling van de AOW-leeftijd met ingang van 2025 voor 2/3-gekoppeld wordt aan de ontwikkeling van de resterende levensverwachting op 65 jaar. Een jaar levenswinst betekent dan 8 maanden langer doorwerken en 4 maanden langer AOW-pensioen genieten.
(Kamerstukken 35 520, nr. 2 en 3)

Noot:

Het vervolg van het wetsvoorstel is te volgen op onze website bij het onderdeel “Overzicht (financiële) wetgeving in parlement en recent aangenomen wetgeving”.

(september 2020)