Ter voorbereiding op het Kamerdebat heeft staatssecretaris Van Rij een brief naar de Tweede Kamer gezonden over box 3. Hierin herhaalt hij het tijdschema voor de invoering van nieuwe wetgeving. Op 15 maart 2025 zou het wetsvoorstel aangenomen moeten zijn door de Tweede Kamer om een tijdige bouw van de systemen te kunnen realiseren en een ingangsdatum van 1 januari 2027 te halen. Uiterlijk 21 september 2024 moet het wetsvoorstel dan aanhangig zijn bij de Tweede Kamer.
Van Rij gaat ook in op de lopende procedures bij de Hoge Raad. Voor een tweetal zaken werd een uitspraak dit voorjaar verwacht. De Hoge Raad heeft de staatssecretaris bericht dat uiterlijk eind augustus de uitspraken verwacht worden. In een vijftal andere box-3-zaken worden de uitspraken in augustus/september verwacht. De aangiftecampagne voor 2023 is inmiddels gestart. De Belastingdienst zal - net als voor de belastingjaren 2021 en 2022 - ook het opleggen van definitieve aanslagen voor 2023 aanhouden. Het gaat hierbij om aanslagen met box 3-inkomen dat uit meer bestaat dan banktegoeden.
In verband met de verjaringstermijn voor het opleggen van de definitieve aanslag en als gevolg van een latere uitspraak dan verwacht, worden ongeveer 55.000 aanslagen voor het belastingjaar 2021 die momenteel worden aangehouden, definitief vastgesteld.
Ondertussen werkt de Belastingdienst aan een (digitaal) formulier ‘opgaaf werkelijk rendement’. Het formulier maakt het mogelijk om het werkelijke rendement geautomatiseerd te registreren. Het gaat hierbij om potentieel honderdduizenden aanslagen, bezwaarschriften en verzoeken om vermindering. De Belastingdienst kan een dergelijke werkstroom namelijk niet handmatig verwerken.
Vooruitkijkend naar het nieuwe stelsel schrijft de staatssecretaris ook dat de Belastingdienst in de nieuwe situatie niet de beschikking heeft over alle gegevens die voor de belastingheffing en vermogensvaststelling relevant zijn én die de werkelijkheid bij de individuele belastingplichtige weergeven. Er moet een nieuwe handhavingsstrategie ontwikkeld worden, met als kern dat meer toezicht achteraf nodig is. Dit leidt tot een verwachte wervingsopgave van 650 tot ruim 800 fte structureel.
(Brief staatssecretaris van Financiën, 15 april 2024, kenmerk 2024-0000229730)
Noot:
De staatssecretaris schrijft - waarschijnlijk terecht - dat de Belastingdienst de stroom aan gegevens niet handmatig kan verwerken. Hij vergeet daarbij te vermelden dat die belastingplichtigen die gegevens gaan opvragen bij uitvoerders, die de gegevens handmatig per belastingplichtige die zich meldt, zullen moeten genereren. De overheid verschuift daarmee het probleem van box 3 voor een aanzienlijk deel naar marktpartijen.
De benodigde controle- en handhavingscapaciteit baart daarnaast ook grote zorgen. De nieuwe systematiek is fout- én fraudegevoelig.
(april 2024)