In V&A 25-001 behandelt het Centraal Aanspreekpunt Pensioenen van de Belastingdienst (CAP) de vraag op welke wijze vaste indexatie van een ingegaan partnerpensioen bij overlijden voor pensioendatum en een ingegaan wezenpensioen onder de werking van de Wet toekomst pensioenen (WTP) kan worden vormgegeven.
Het CAP geeft aan dat een vaste indexatie alleen toegestaan is op voorwaarde dat de vaste indexatie een redelijke benadering is van de loon- of prijsindexatie over een reeks van toekomstige jaren. Uitgaande van een lange reeks inflatiecijfers over de jaren heen kan een vaste indexatie niet hoger zijn dan 3%.
Kanttekening die nog worden geplaatst zijn dat:
- Bij inhaalindexatie kan een vaste indexatie alleen worden toegepast als die vaste indexatie in de periode waarover inhaal plaatsvindt al in de pensioenregeling was opgenomen als (nagestreefde) indexatie;
- Een vaste indexatie kan niet eenmalig of over enige (toekomstige) jaren worden toegezegd.
Het CAP plaatst nog enkele kanttekeningen (zie ook de bijlage).
In V&A 25-002 behandelt het CAP de vraag of het na het invoeren van de WTP per 1 juli 2023 binnen de fiscale pensioenregels nog mogelijk is om een nieuwe premieregeling in te voeren met een met de leeftijd oplopend premiepercentage. Het CAP beantwoord deze vraag bevestigend. Voorwaarde is wel dat het hoogste premiepercentage van de premiestaffel niet hoger is dan het maximale premiepercentage van artikel 18a, eerste lid, Wet LB.
(Centraal Aanspreekpunt Pensioenen, 27 januari 2025)
(februari 2025)