Algemene Rekenkamer kritisch over lijfrenteaftrek

De Algemene Rekenkamer doet jaarlijks onderzoek naar de inkomsten en uitgaven van het Rijk. Op 19 mei 2021 heeft de Algemene Rekenkamer de ‘Staat van de rijksverantwoording 2020’ gepubliceerd. Er zijn 116 fiscale regelingen leiden naar schatting tot € 111 miljard belastingderving. De rekenkamer heeft naar 4 regelingen nader onderzoek gedaan. Een van die vier regelingen is de lijfrenteaftrek. Die kost € 463 miljoen.

Het eerste probleem met de lijfrenteaftrek is dat er geen streefcijfers zijn. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wil met deze aftrekpost werkenden die een onvolledig of helemaal geen pensioen opbouwen stimuleren om geld opzij te zetten voor een oudedagsvoorziening. Maar de minister houdt niet bij welk deel van de doelgroep daadwerkelijk gebruik maakt van de aftrekpost.

Zo’n 10% van de groep van de 1,2 miljoen zzp’ers en andere kleine ondernemers maakt gebruik van de lijfrentepremieaftrek. Het is onbekend hoeveel van de 800.000 werknemers zonder pensioenopbouw bij hun werkgever, gebruik maken van deze fiscale faciliteit. Op basis van een data-analyse met de aangiftegegevens over 2018 concludeert de Algemene Rekenkamer levert een grove schatting op van 5% voor deze groep. Uit de data-analyse blijkt ook dat de groep met een pensioentekort pas in actie komt als de pensioenleeftijd wordt genaderd. Ook blijkt de regeling te ingewikkeld.

De Algemene Rekenkamer doet nog de suggestie om een andere naam te verzinnen voor deze aftrekpost.

(Algemene Rekenkamer, Staat van de rijksverantwoording 2020, 19 mei 2021)

Noot:

Het is goed dat de Algemene Rekenkamer kritisch kijkt naar fiscale regelingen. Of een naamsverandering de aantrekkelijkheid van de lijfrenteregeling gaat vergroten, is nog maar de vraag. Wellicht dat de Wet toekomst pensioenen - dat zeker op het punt van de lijfrente nog in de stijgers staat - hierin een positieve bijdrage kan brengen. In ieder geval op het punt van eenvoud.

(juni 2021)