In dit overzicht geven we de belangrijkste fiscale en sociale cijfers voor 2015 weer. Daarbij geven we uitsluitend de officieel gepubliceerde cijfers weer. Ook is het mogelijk dat cijfers nog aangepast worden (niet zelden worden officiële publicaties op een later moment gecorrigeerd).
 
Algemeen
Schijventarief box 1 jonger dan AOW-leeftijd (in 2015 is de AOW-leeftijd 65 jaar en 3 maanden)
			Belastbaar inkomen meer dan
			maar niet meer dan
			belastingtarief
			tarief premie volksverzekeringen
			totaal tarief
			heffing over totaal van de schijven
			-
			€ 19.822
			8,35%
			28,15%
			36,5%
			€ 7.234
			€ 19.822
			€ 33.589
			13,85%
			28,15%
			42%
			€ 13.016
			€ 33.589
			€ 57.585
			42%
			 
			42%
			€ 23.094
			€ 57.585
			 
			52%
			 
			52%
			 
Schijventarief box 1 AOW-leeftijd geboren vanaf 1 januari 1946
			Belastbaar inkomen meer dan
			maar niet meer dan
			belastingtarief
			tarief premie volksverzekeringen
			totaal tarief
			heffing over totaal van de schijven
			-
			€ 19.822
			8,35%
			10,25%
			18,6%
			€ 3.686
			€ 19.822
			€ 33.589
			13,85%
			10,25%
			24,1%
			€ 7.004
			€ 33.589
			€ 57.585
			42%
			 
			42%
			€ 17.082
			€ 57.585
			 
			52%
			 
			52%
			 
Schijventarief box 1 AOW-leeftijd geboren vóór 1 januari 1946
			Belastbaar inkomen meer dan
			maar niet meer dan
			belastingtarief
			tarief premie volksverzekeringen
			totaal tarief
			heffing over totaal van de schijven
			-
			€ 19.822
			8,35%
			10,25%
			18,6%
			€ 3.686
			€ 19.822
			€ 33.857
			13,85%
			10,25%
			24,1%
			€ 7.068
			€ 33.857
			€ 57.585
			42%
			 
			42%
			€ 17.034
			€ 57.585
			 
			52%
			 
			52%
			 
 
Eigen woning
Met ingang van 1 januari 2013 is renteaftrek voor nieuwe eigenwoningschulden alleen mogelijk bij een vooraf (schriftelijk) overeengekomen ten minste annuïtair aflossingsschema van 360 maanden. Voor bestaande leningen geldt eerbiedigende werking.
In 2015 bedraagt het tarief voor de aftrekbare kosten voor de eigen woning 51% voor zover de aftrek plaats zou vinden tegen het tarief van de vierde schijf.
			Als de WOZ-waarde meer is dan
			maar niet meer dan
			bedraagt het forfaitpercentage
			-
			€ 12.500
			nihil
			€ 12.500
			€ 25.000
			0,30%
			€ 25.000
			€ 50.000
			0,45%
			€ 50.000
			€ 75.000
			0,60%
			€ 75.000
			€ 1.050.000
			0,75%
			€ 1.050.000
			-
			€ 7.875 vermeerderd met 2,05% van de eigenwoningwaarde voor zover deze uitgaat boven € 1.050.000
Kapitaalverzekering/spaarrekening/beleggingsrecht eigen woning
Voor de uitkering uit een kapitaalverzekering/spaarrekening/beleggingsrecht eigen woning (KEW/SEW/BEW; box 1) kunnen de volgende vrijstellingen van toepassing zijn:
- bij 15 tot 20 jaar premiebetaling: maximaal € 36.600
- bij 20 jaar of meer premiebetaling: maximaal € 161.500
De totale vrijstelling kan nooit meer bedragen dan € 161.500 per belastingplichtige gedurende zijn leven.
Met ingang van 1 april 2013 geldt de KEW-vrijstelling niet meer behoudens bestaande gevallen.
 
Kapitaalverzekeringen (box 3)
Bezittingsvrijstelling voor op 14 september 1999 bestaande kapitaalverzekeringen per belastingplichtige € 123.428. Uitvaartproducten vrijgesteld als verzekerd kapitaal dan wel waarde niet meer bedraagt dan € 6.921.
 
Sparen en beleggen
Heffingvrij vermogen box 3 
Heffingvrij vermogen per belastingplichtige € 21.330.
Heffingvrij vermogen minderjarige kinderen is met ingang van 2012 vervallen.
Ouderentoeslag (als op 31 december 2014 de AOW-gerechtigde leeftijd is bereikt)
bij een inkomen uit werk en woning (vóór inachtneming van de persoonsgebonden aftrek) van:
			Meer dan
			maar niet meer dan
			bedraagt de ouderentoeslag
			-
			€ 14.431
			€ 28.236
			€ 14.431
			€ 20.075
			€ 14.118
			€ 20.075
			-
			Nihil
Om in aanmerking te komen voor de ouderentoeslag mag de grondslag sparen en beleggen (rendementsgrondslag voor zover die meer bedraagt dan het heffingvrije vermogen) niet meer bedragen dan € 282.226 (gehele jaar dezelfde partner: gezamenlijke grondslag niet meer dan € 564.451).
Vrijstelling groene beleggingen
Vrijstelling groene beleggingen per belastingplichtige € 56.928.
Heffingskorting groene beleggingen 0,7%.
Heffingskortingen durfkapitaal, sociaal-ethische en culturele beleggingen
De heffingskortingen voor beleggingen in durfkapitaal en sociaal-ethische en culturele beleggingen zijn per 1 januari 2013 vervallen.
Levensloop
Voor deelnemers die op 31 december 2011 een saldo van minder dan € 3.000 in levensloopproducten hadden, is het tegoed begin 2013 vrijgevallen. Deelnemers die op 31 december 2011 een saldo van € 3.000 of meer in levensloopproducten hadden, kunnen tot 2022 gebruik maken van overgangsrecht en jaarlijks 12% van het brutosalaris sparen (mits bij aanvang van het jaar het levenslooptegoed niet meer bedraagt dan 210% van het salaris over het voorafgaande kalenderjaar).
Levensloopverlofkorting: € 207 per jaar van deelname.
In 2015 wordt bij opname van het gehele tegoed ineens, 80% van de waarde per 31 december 2013 belast. Het meerdere wordt volledig belast.
 
Pensioen
Opbouwpercentages
De fiscaal maximale opbouwpercentages per dienstjaar zijn per 1 januari 2015:
- 1,875% over de pensioengrondslag voor middelloon
- 1,657% over de pensioengrondslag voor eindloon
Aftoppingsgrens
Het pensioengevend loon bedraagt maximaal € 100.000.
Fiscaal minimale franchise
			 
			middelloon geheel verzekerd
			eindloon geheel verzekerd
			(deels) eigen beheer eindloon
			Franchise 100/75 (middelloon) 100/66,28 (eindloon) AOW
			€ 12.642
			€ 14.305
			€ 20.921
Afkoop klein pensioen
Afkoop van pensioen (art.66 Pensioenwet) is toegestaan als de pensioenuitkering niet meer bedraagt dan € 462,88 per jaar.
 
Lijfrente
Lijfrenteaftrek
			 
			(Maximum) bedrag
			Jaarruimte (13,8% van de premiegrondslag)
			€ 12.153
			Maximum in aanmerking te nemen inkomen
			€ 100.000
			AOW-franchise
			€ 11.936
			Reserveringsruimte jonger dan 55 jaar en 3 maanden (17% van de premiegrondslag)
			€ 7.052
			Reserveringsruimte 55 jaar en 3 maanden, en ouder (17% van de premiegrondslag)
			€ 13.927
			Stakende ondernemers ten hoogste 5 jaar jonger dan AOW-leeftijd, 45% of meer arbeidsongeschikt of bij staken door overlijden
			€ 447.047
			Stakende ondernemers tussen 15 en 5 jaar jonger dan AOW-leeftijd of als lijfrenteuitkeringen direct ingaan
			€ 223.531
Stakende ondernemers in overige gevallen
€ 111.771
			Oudedagsreserve (9,8% van de winst, maar maximaal)
			€ 8.631
Lijfrenteuitkeringen
			 
			Maximale jaaruitkering
			Overbruggingslijfrente
			€ 63.288
			Tijdelijke oudedagslijfrente*
			€ 21.142
* Met ingang van 1 januari 2014 mag de tijdelijke oudedagslijfrente niet eerder ingaan dan in het jaar waarin de AOW-leeftijd wordt bereikt, en niet later dan in het jaar waarin de AOW-leeftijd plus vijf jaar wordt bereikt. Voor bestaande rechten geldt overgangsrecht.
Afkoopgrens lijfrente
Geen revisierente is bij afkoop verschuldigd als de waarde van de lijfrenteverzekering of lijfrenterekening niet meer bedraagt dan € 4.281. Voor deze grens moeten meerdere lijfrenteverzekeringen of - rekeningen bij dezelfde uitvoerder bij elkaar worden geteld.
 
Gouden handdruk
Per 1 januari 2014 is de stamrechtvrijstelling voor nieuwe gevallen vervallen.
 
Schenk- en erfbelasting
Tarieven schenk en -erfbelasting
			Deel van de belaste verkrijging
			Tariefgroep 1 (partners en kinderen)
			Tariefgroep 1A (kleinkinderen)
			Tariefgroep 2 (overige verkrijgers)
			 € 0 - € 121.296
			10%
			18%
			30%
			€ 121.296 - hoger
			20%
			36%
			40%
Vrijstellingen schenkbelasting
			Kinderen
			€ 5.277
			Kinderen (18 - 40 jaar (eenmalig)
			€ 25.322
Kinderen 18 - 40 jaar (eenmalig) indien schenking
			wordt aangewend voor de  eigen woning of voor een dure studie
€ 52.752
			Overige verkrijgers
			€ 2.111
Vrijstellingen erfbelasting
			Partners
			€ 633.014
			Kinderen en kleinkinderen
			€ 20.047
			Bepaalde zieke en gehandicapte kinderen
			€ 60.138
			Ouders
			€ 47.477
			Overige verkrijgers
			€ 2.111