Op 3 oktober 2014 heeft de Hoge Raad arrest gewezen over de vraag vanaf welk moment de hypotheekrente van een woning in aanbouw aftrekbaar is. Een woning in aanbouw kan immers ook worden aangemerkt als eigen woning waarvoor de rentelasten aftrekbaar kunnen zijn. Niet zelden zal ook sprake zijn van dubbele rentelasten, omdat tijdens de bouw nog sprake is van een andere eigen woning waarin wordt gewoond.
De Advocaat-Generaal (A-G) heeft in zijn conclusie aangegeven drie mogelijke (start)momenten in aanmerking kunnen komen:
- Het moment waarop de grond wordt verworven waarvoor belanghebbende het oogmerk heeft om de woning op te bouwen.
- Het moment waarop niet alleen het oogmerk vaststaat, maar de grond ook bouwrijp is en de omgevingsvergunning voor de bouw is verkregen.
- Het feitelijke moment van de start van de bouwactiviteiten (heien dan wel leggen van de fundering).
De A-G concludeerde dat sprake is van een woning in aanbouw zodra gestart wordt met heien of het leggen van de fundering van de woning. Dit sluit het beste aan bij het taalgebruik en bij regelingen in de onroerendezaakbelastingen en overdrachtsbelasting.
De Hoge Raad heeft de conclusie van de AG overgenomen. Daarmee is de Belastingdienst in het gelijk gesteld.
(Hoge Raad 3 oktober 2014, nr. 13/00471)