De Rechtbank Noord-Nederland heeft geoordeeld in een zaak tussen een vrijwilliger bij de brandweer en de Belastingdienst over de vraag of een letselschadevergoeding tot het loon behoort.
De vrijwilliger bij de brandweer is tijdens een ongeval bij bluswerkzaamheden deels blijvend invalide geraakt. Vanuit de CAO die voor de man gold had deze recht op een letselschadevergoeding uit een ongevallenverzekering die voor hem door de brandweer was afgesloten. Bij de uitkering van de vergoeding is loonheffing ingehouden.
De rechtbank overweegt dat voor dit soort gevallen de vaste lijn, zoals die in de jurisprudentie is vastgelegd, moet worden gevolgd. Als hoofdregel geldt dat vergoedingen ‘die niet naar algemeen maatschappelijk opvattingen als beloningsvoordeel worden ervaren tot het loon behoren, als dergelijke vergoedingen kunnen worden ontleend aan […] afspraken in de arbeidsovereenkomst’. Echter, in de jurisprudentie zijn ook uitzonderingen op de hoofdregel te vinden. Er moet sprake zijn van ‘uitzonderlijke situaties waarin de werkgever niet slechts als werkgever […] optreedt, maar bijvoorbeeld […] als een overheidswerkgever met de desbetreffende arbeidsvoorwaarde ‘vooral’ beoogde de aan hem opgedragen publieke dienstverlening te dienen.’ De rechtbank oordeelt op basis van bovenstaande hoofdregel en uitzondering dat de vergoeding weliswaar in beginsel tot het loon behoort, maar er tevens sprake is van een uitzondering waarbij de brandweer niet als werkgever optreedt maar het publiek belang dient. De vrijwilliger is in het gelijk gesteld.
(Rechtbank Noord-Nederland, 3 september 2019, ECLI:NLRBNNE:2019:3745)
(november 2019)