Een man heeft verzoekschrift ingediend bij de Tweede Kamer omdat hij van mening is dat hem ten onrechte een zogenoemde saldoverklaring is geweigerd. In een saldoverklaring van de Belastingdienst staat welk bedrag aan niet[1]afgetrokken lijfrentepremies onbelast blijft als de lijfrente tot uitkering komt. Een belastingplichtige kan vergeten zijn de premies af te trekken of meer premie hebben betaald dan de beschikbare jaar- of reserveringsruimte (vanaf 2010 geldt een maximum saldo van € 2.269 euro per lijfrente per jaar).
De man heeft in februari 2020 een saldoverklaring aangevraagd voor de periode 2005 tot en met 2006 en de periode 2015 tot en met 2018. Ten tijde van het verzoek staat op de website van de Belastingdienst het volgende vermeld: "U moet aannemelijk maken dat de premies of stortingen niet of gedeeltelijk in aftrek zijn gebracht. Heeft uw verzoek ook betrekking op niet afgetrokken premies in uw aangiften en inkomstenbelasting over de jaren voor 2005? Dan moet u daarvan de bewijsstukken meesturen. Bijvoorbeeld kopieën van uw aangiften en aanslagen over die jaren. Wij hebben namelijk de aangiftegegevens van voor 2005 niet meer."
De Belastingdienst heeft de verklaring geweigerd omdat uit de betaal- en aangiftegegevens bleek dat er in de jaren 2001 tot en met 2004 meer lijfrentepremie is afgetrokken dan betaald. Daardoor heeft de man over de hele periode van 2001 tot en met 2018 in totaal meer premie afgetrokken en betaald.
De man is het niet eens met de afwijzing. Op de website staat immers dat de Belastingdienst niet meer over de gegevens van vóór 2005 beschikt en gebruikt die vervolgens wel. De man geeft ook aan dat die gegevens niet juist zijn. De klacht van de man wordt door de Belastingdienst afgewezen. Erkend wordt dat de informatie op de website niet klopt (de informatie had er pas vanaf 6 maart 2020 op mogen staan), maar dat dit niet de schuld is van de afdeling die de verzoeken voor een saldoverklaring afhandelt.
Naar aanleiding van het verzoek heeft de staatssecretaris van Financiën aangegeven de saldoverklaring alsnog te verstrekken. Op de website heeft de Belastingdienst vermeld over welke jaren de aangiftegegevens nog beschikbaar zijn. Dat is gedaan om teleurstellingen te voorkomen. Belastingplichtigen kunnen in de veronderstelling zijn dat de Belastingdienst de gegevens over alle jaren bewaart en kan gebruiken voor het afgeven van de saldoverklaring. De staatssecretaris geeft aan dat het verwarrend is dat de Belastingdienst bij de beoordeling van de saldoverklaring ook de gegevens gebruikt over jaren waarover hij niets heeft gevraagd. En waarvan bovendien op de website staat dat de Belastingdienst de gegevens over deze jaren niet meer heeft.
De man is tevreden dat hij de verklaring alsnog ontvangt.
De commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven vindt de uiteindelijke uitkomst mooi, maar is niet positief over de initiële afhandeling van de klacht. Een burger heeft geen boodschap aan de mededeling dat de afdeling die het verzoek behandeld, niet verantwoordelijk is voor de informatie op de website. Een burger mag er vanuit gaan dat de informatie op de website van de Belastingdienst klopt.
(Commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven, Tweede Kamer, 35 586, nr. 6, 28 mei 2021)
(juni 2021)