Prinsjesdag 2012: overige maatregelen

Kees van Oostwaard Athora

Naast de onderwerpen eigen woning en oudedagsvoorzieningen, zijn er op Prinsjesdag ook diverse andere fiscale maatregelen gepresenteerd door het demissionaire kabinet. Meest in het oog springend is uiteraard de zogenoemde forenzentaks. Deze en andere maatregelen bespreek ik hierna beknopt. Verder geef ik een opsomming van enige maatregelen die al eerder in het kader van het Begrotingsakkoord 2013 (of Lenteakkoord) in een wet zijn vastgelegd.

Wetsvoorstellen

Afschaffen onbelaste reiskostenvergoeding en maatregel auto van de zaak (forenzentaks)

Het wetsvoorstel Wet herziening fiscale behandeling woon-werkverkeer is onderdeel van het pakket Belastingplan 2013. Ook dit wetsvoorstel vloeit voort uit het Begrotingsakkoord 2013.
Gelet op de samenhang tussen alle maatregelen (lees: bezuinigingen) in het Begrotingsakkoord, geef ik kort de hoofdpunten weer.
Vanaf 1 januari 2013 zijn vergoedingen van kosten van woon-werkverkeer in beginsel belast. Het betreft vergoedingen voor alle soorten vervoermiddelen: auto, bus, trein etc. Kosten voor zakelijke reizen kunnen vooralsnog nog wel onbelast blijven uitgekeerd. Volgens het voorstel wordt in de Wet op de loonbelasting 1964 een nieuw artikel opgenomen, dat duidelijkheid moet geven over wat nu wel en geen woon-werkverkeer is. Volgens dit artikel wordt woon-werkverkeer beschouwd als de reizen tussen de woning en de plaats waarvan werkgever en werknemer hebben afgesproken dat dit de werkplek is. Voor ambulante werknemers en gelet op de maatschappelijke ontwikkelingen rondom het nieuwe werken is op deze definitie een aanvulling opgenomen. Als woon-werkverkeer geldt ook het op regelmatige basis tussen de woning of verblijfplaats en een werkplaats reizen. Daarbij moeten op de werkplaats in belangrijke mate werkzaamheden worden verricht in het kader van de dienstbetrekking. Wat precies onder 'regelmatige basis' wordt verstaan is niet nader omschreven. Tot slot is een bepaling opgenomen die beoogt duidelijkheid te geven over reizen in het kader van detachering en over hoe te handelen bij kortlopende dienstverbanden.
Verder worden vanaf 1 januari 2013 voor de auto van de zaak woon-werkkilometers aangemerkt als privékilometers.

WW en ontslag

Na de totstandkoming van het Begrotingsakkoord is ook veel gediscussieerd over het daarin opgenomen voorstel over de hervorming van het ontslagrecht. Op Prinsjesdag zijn op dit terrein geen nieuwe maatregelen bekend gemaakt. Het blijft daardoor bijvoorbeeld onzeker of de stamrechtvrijstelling in haar huidige vorm kan blijven bestaan.

Verhuurderheffing

Met ingang van 2013 wordt een verhuurderheffing ingevoerd voor verhuurders van meer dan 10 huurwoningen. De heffing bedraagt in 2013 0,0014% en in 2014 0,231% over de grondslag. De grondslag van de heffing wordt bepaald aan de hand van de WOZ-waarden van de verhuurde woningen.

Assurantiebelasting

In het Belastingplan 2011 is afgesproken dat het tarief van de assurantiebelasting per 1 januari 2015 van 9,7% naar 9,5% wordt verlaagd. Op grond van overgangsrecht mag per verzekering gekozen worden of het nieuwe tarief toegepast wordt vanaf de eerstvolgende premievervaldatum of vanaf de eerstvolgende prolongatiedatum na 31 december 2014. Dit voorkomt hoge administratieve lasten voor de assurantiebranche.

Kredietverlening en verhaalsrecht Belastingdienst

Er komt een wettelijke verplichting van Kredietverleners om de Belastingdienst te informeren op het moment dat zij hun zekerheidsrechten willen uitwinnen. Hierdoor zullen kredietverstrekkers nadrukkelijk rekening moeten gaan houden met het verhaalsrecht van de Belastingdienst.

Verzuimboete bij niet tijdig indienen aangifte

De belastingplichtige riskeert een verzuimboete die tot maximaal € 4.920 kan oplopen wanneer hij zijn aangifte inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting en schenk- of erfbelasting niet of niet op tijd indient. Hiermee wil het kabinet het tijdig doen van aangifte stimuleren.

Aangenomen wetgeving

Eerder dit jaar zijn de Tweede en Eerste Kamer al akkoord gegaan met een aantal maatregelen zoals opgenomen in de Wet uitwerking fiscale maatregelen Begrotingsakkoord 2013 zoals:
• Verdubbeling van de bankenbelasting.
• Een eenmalige werkgeversheffing van 16% voor zover het loon in 2012 meer bedraagt dan € 150.000.
• Verhoging in 2013 van de werkgeversheffing die is verschuldigd over excessieve vertrekbonussen (hoger dan € 531.000) van 30 naar 75%.
• Verhoging van het btw-tarief: per 1 oktober wordt het algemene btw-tarief verhoogd van 19 naar 21%. Het nieuwe btw-tarief van 21% geldt voor goederen en diensten die vanaf 1 oktober 2012 worden geleverd. Hierbij is de leveringsdatum bepalend en dus niet de factuurdatum. Het lage btw-tarief blijft 6%.
• Groene beleggingen: de heffingskorting voor groene beleggingen blijft gehandhaafd op het niveau van 2012 (0,7%). Ook de vrijstelling in box 3 blijft gehandhaafd tot het maximaal geïndexeerde bedrag. De andere drie heffingskortingen in box 3 (sociaal ethisch, cultureel en durfkapitaal) en de hiermee samenhangende vrijstellingen worden per 1 januari 2013 wel afgeschaft. Nieuw is wel dat per 1 januari 2013 de waarde van groene beleggingen meetellen bij de vermogenstoetsen voor de zorgtoeslag, huurtoeslag en kindgebonden budget.

De invoering van de zogenoemde vitaliteitsregeling per 1 januari 2013 is niet geraakt door het Begrotingsakkoord 2013.