De echtgenoot van eiseres is per 23 mei 2011 in dienst getreden bij een werkgever. Die werkgever heeft haar pensioenregeling ondergebracht bij een pensioenverzekeraar. In de bijzondere bepalingen staat onder meer vermeld dat de zogenoemde Carenz-clausule van toepassing is. Dit betekent dat er geen uitkering bij overlijden plaatsvindt, als de verzekerde overlijdt binnen een jaar na het tot stand komen van de overlijdensdekking. Deze beperking geldt niet indien de (onafhankelijke) Toetsingscommissie Gezondheidsgegevens vaststelt dat het overlijden niet was te verwachten op het moment van het aangaan van de overlijdensdekking.
De echtgenoot overlijdt op 17 februari 2012, dus binnen een jaar na het tot stand komen van de overlijdensdekking. De verzekeraar heeft de Toetsingscommissie gevraagd een onderzoek te doen naar de gezondheidstoestand van de overleden persoon. Na raadpleging van diverse betrokken medici, komt de commissie tot de conclusie dat het overlijden redelijkerwijs te verwachten was binnen een jaar na aanvangsdatum.
Eiseres vordert via de kantonrechter een overlijdensuitkering. De pensioenverzekeraar voert verweer en stelt dat zij op grond van het zogenoemde Van Leeuwen Convenant gebonden is aan het oordeel van de Toetsingscommissie.
De kantonrechter deelt het standpunt van de verzekeraar. De beslissing van de Toetsingscommissie is vernietigbaar, maar er staat nog een mogelijkheid om tegen het oordeel bezwaar aan te tekenen. Juist vanwege de nog openstaande bezwaarmogelijkheid komt de kantonrechter niet tot vernietiging van het oordeel van de Toetsingscommissie. De vordering van de eiseres op een overlijdensuitkering wordt afgewezen.
(Bron: Rechtbank Midden-Nederland, 6 april 2016, ECLI:NL:RBMNE:2016:1857)
Noot:
In het Convenant Toegang tot aan arbeid gerelateerde verzekeringen (beter bekend als het Van Leeuwen Convenant) zijn afspraken gemaakt over aan de arbeid gerelateerde verzekeringen die dekking bieden tegen het arbeidsongeschiktheidsrisico en/of het overlijdensrisico. Afgesproken is dat geen wachttijden (zogenoemde Carenz-tijden) meer gehanteerd mogen worden. Wel zijn de convenantspartijen (Verbond van Verzekeraars, de Chronisch zieken- en Gehandicaptenraad en de Stichting Welder) overeengekomen dat verzekeraars bij verzekeringen die (mede) dekking bieden tegen het risico van overlijden een uitsluitingsclausule mogen hanteren. De verzekeraar heeft volgens de kantonrechter de regels van het Convenant gevolgd. Eiseres heeft geen vertrouwen in de Toetsingscommissie en heeft daarom gekozen voor een procedure via de kantonrechter.